Blijf op de hoogte van al het nieuws rondom onze expertises
Keuze werknemer pakt verkeerd uit en komt als een boemerang terug
Hoe zit het ook al weer met vervallen en verjaren van vakantiedagen? Waar moet je als werkgever op letten? Jeroen Dikker van SWDV Advocaten zet het nog even voor u op de rij.
Inhoudsopgave
Wettelijke vakantiedagen vervallen en verjaren alleen als de werkgever heeft voldaan aan zijn zorg- en informatieplicht.[1] Dit betekent dat werkgevers hun werknemers individueel concreet en actief, periodiek (minimaal eens per jaar) schriftelijk moeten informeren over de openstaande vakantiedagen, de verval- of verjaringstermijn ervan en het dringende advies ze op tijd op te nemen. Voor bovenwettelijke vakantiedagen geldt deze strenge eis niet.
Wettelijke vakantiedagen zijn vakantiedagen waarop elke werknemer minimaal recht heeft. Het gaat om vier keer de wekelijkse arbeidsduur (vier weken per jaar). Bovenwettelijke vakantiedagen zijn vakantiedagen die bovenop het wettelijk minimum komen.
Wettelijke vakantiedagen vervallen zes maanden na afloop van het kalenderjaar waarin ze zijn opgebouwd, tenzij de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest vakantie op te nemen. Dit is bijvoorbeeld het geval als de werknemer volledig arbeidsongeschikt is (geweest) en er ook geen re-integratiemogelijkheden waren.
Als de wettelijke vakantiedagen niet zijn vervallen omdat de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest vakantie op te nemen, verjaren ze vijf jaar nadat ze zijn opgebouwd.
Bovenwettelijke vakantiedagen vervallen niet.
Net als wettelijke vakantiedagen verjaren bovenwettelijke vakantiedagen vijf jaar nadat ze zijn opgebouwd.
Het HvJ EU heeft in het Max Planck-arrest2 geoordeeld:
De wettelijke vakantiedagen vervallen of verjaren alleen als de werkgever kan bewijzen dat hij aan zijn zorg- en informatieplicht heeft voldaan.
Werkgevers dienen werknemers dus minimaal één keer per jaar individueel schriftelijk te informeren hoeveel wettelijke vakantiedagen ze hebben, dat ze deze op tijd moeten opnemen, de termijn waarbinnen ze dat moeten doen en wat de gevolgen zijn als dat niet op tijd gebeurt.
De rechtspraak van het HvJ EU heeft alleen betrekking op wettelijke vakantiedagen. Dit betekent dat de zorg- en informatieplicht niet geldt voor bovenwettelijke vakantiedagen. Het is echter verstandig ook voor bovenwettelijke vakantiedagen dezelfde zorg- en informatieplicht na te komen. De werkgever moet immers toch al een vakantieadministratie bijhouden en daarbij een onderscheid maken tussen wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen en in welk kalenderjaar ze zijn opgebouwd.
Heeft u vragen over vakantiedagen of wilt u bijvoorbeeld weten wat er nog meer onder de zorg- en informatieplicht van de werkgever valt? Neem dan contact op met het team Arbeid van SWDV Advocaten. Voor meer informatie over arbeidsrecht kunt u hier terecht.
[1] Gerechtshof Den Haag 16 november 2021, ECLI:NL:GHDHA:2021:2386.
[2] HvJEU 6 november 2018, zaak C-684/16, ECLI:EU:C:2018:874 (Max-Planck-Gesellschaft).
Blijf op de hoogte van al het nieuws rondom onze expertises
Onze advocaten delen hun visie, geven tips en houden u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op de voor u belangrijke rechtsgebieden.