Impasse binnen B.V.’s en voorzieningen rechter

Dit artikel gaat over een tweetal uitspraken en het treffen van voorzieningen door de rechter om de impasse die is ontstaan bij de desbetreffende ondernemingen te doorbreken. De uitspraken Geschil A betreft een man en een vrouw die beiden 50% van de aandelen in een B.V. houden en samen bestuurder zijn (Gerechtshof Amsterdam (OK) 22 […]

Lees verder

Inhoudsopgave

  1. De uitspraken
  2. Impasse en vordering benoeming derde bestuurder
  3. Voorzieningen door voorzieningenrechter en ondernemingskamer

Dit artikel gaat over een tweetal uitspraken en het treffen van voorzieningen door de rechter om de impasse die is ontstaan bij de desbetreffende ondernemingen te doorbreken.

De uitspraken

Geschil A betreft een man en een vrouw die beiden 50% van de aandelen in een B.V. houden en samen bestuurder zijn (Gerechtshof Amsterdam (OK) 22 maart 2018 ECLI:NL:GHAMS:2018:1073).

Geschil B betreft twee in het buitenland gevestigde vennootschappen die aandeelhouder en samen bestuurder zijn van een B.V. Een van de twee aandeelhouders heeft geen bestuurder meer (VZ Rechtbank Amsterdam 20 februari 2018 ECLI:NL:RBAMS:2018:1166).

Heeft u vragen of heeft u advies nodig?

Heeft u vragen over dit onderwerp, neem dan contact op met onze ondernemingsadvocaat Sebastiaan van Leeuwen. Of maak een belafspraak.

Impasse en vordering benoeming derde bestuurder

In geschil A heeft de man aan de vrouw de toegang tot de onderneming ontzegd en doet de man privé uitgaven ten laste van de onderneming. De B.V. heeft financiële problemen en er wordt een te hoge vergoeding aan het bestuur betaald. Er moeten maatregelen getroffen worden binnen de onderneming, maar door de impasse die is ontstaan (mede) als gevolg van de problemen binnen het huwelijk van de man en de vrouw, gebeurt dit kennelijk niet.

In geschil B heeft een familieruzie ertoe geleid dat er geen bestuurder meer is van de vennootschap die aandeelhouder van de BV is. Feitelijk wordt de B.V. hierdoor niet bestuurd en is er daardoor een impasse ontstaan.

In beide procedures vorderen aandeelhouders dat er een derde bestuurder wordt benoemd door de rechter.

Voorzieningen door voorzieningenrechter en ondernemingskamer

In beide procedures wordt bij de desbetreffende B.V. een derde bestuurder benoemd.
In geschil B krijgt de derde bestuurder de aanwijzing van de voorzieningenrechter om een oplossing voor de impasse te onderzoeken.
In geschil A geeft de Ondernemingskamer de derde bestuurder de meer concrete aanwijzingen om de vergoeding voor het bestuur aan te passen, de privé uitgaven te stoppen en de schulden, die in rekening-courant zijn ontstaan, terug te dringen.

Wordt u geconfronteerd met onenigheid tussen aandeelhouders en bestuurders binnen ‘uw’ B.V. of heeft u daar vragen over? Vraag het aan Sebastiaan van Leeuwen

Blijf op de hoogte van al het nieuws rondom onze expertises

Blijf op de hoogte van al het nieuws rondom onze expertises. Blijf op de hoogte van al het nieuws rondom onze expertises.